De Verloren Zaak Marc Marc, ELVES II Parcs Amsterdam July 1995
|
Uitgangspunt
Perceptibele fase
Virtuele fase
Reële fase
Existentiële fase
Een zwerm vliegt uit over de stad. Zij nestelen zich op strategische plaatsen alwaar zij met zekere regelmaat een betoverend signaal uitzenden. Te kort om direct te kunnen lokaliseren, lang genoeg om door te dringen in de geest van toevallige passanten.
|
Elfjes zijn geheimzinnig. Hun verschijning is onverwachts. Feitelijk is hun verschijning onmogelijk. Althans voor volwassenen - of het moet zo zijn dat het om KUNST gaat. Dan is hun verschijning geaccepteerd binnen de context van een kunstproject waarvan men weet dat men daar op dat moment getuige van is. Hiermee vervalt tevens de clou van de verschijning - het effect van de verschijning is dan niet magisch meer. Hooguit een esthetische ervaring. Als elfjes zouden verschijnen zonder de context een Mensenproject te zijn, dan zou men dus wel door een gevoel van onverwachtheid overvallen worden dat als magisch kan worden ervaren. Dit is wat ik heb gepoogd met mijn project - ELVES. Het verschijnen ervan was op het moment zelve niet in de context van een aangekondigde gebeurtenis. Niet iedereen zag het. Hierdoor voldoet de verschijning aan wat als magie wordt ervaren; exclusiviteit. De verschijningsvorm van mijn ELVES leidt ertoe dat een enkel individu iets ziet: een rode zeer korte lichtflits of wellicht meerdere. Ten opzichte van elkaar in locatie en tijd verschoven, terwijl de andere dit nog niet hebben opgemerkt. Dit individu maakt hier een opmerking over aan de anderen. Deze begrijpen niet wat er aan de hand is. Men denkt al snel dat de uitverkorene raaskalt. Dit verhoogd het effect van de exclusieve verschijning. In de momenten hierna hangt het er van af uit wat voor soort mensen deze groep bestaat. Men kan gaan rationaliseren en al snel begrijpen dat het artificieel is, maar dat neemt niet weg dat de eerste reactie, die van de magie, nog nagloeit. Gaat men uit op onderzoek, dan kan het zijn dat men ontdekt wat de verschijning in praktische zin heeft gegenereerd. Men kan dan besluiten om een of meerdere Elfjes mee te nemen - feitelijk te schaken. Gebleken is dat mijn Elfjes een grote bezittingsdrang bloot legde en nog eens te meer liet zien hoe diep de Amsterdammer er van overtuigd is dat alles wat buitenshuis niet muurvast verankerd is als te geef is bedoeld. Ze verdwenen dus in hoog tempo en dienen nu nieuwe meesters. Ik ben er van overtuigd dat ze dat op een wijze doen die mooi is - ook al zijn er nogal wat Elfjes die feitelijk gevangen zijn genomen en nu in gevangenschap hun tijd doorkomen (d.w.z. totdat de batterijen leeg zijn). Als tweede aspect van het project - en dit betreft een diepere laag aangaande de praktische uitvoering - lag er voor mij een experiment in besloten aangaande het begrip 'willekeur' in context tot de projectie verder uit te diepen. Dit behelst het onderzoek waar ik al zo'n 15 jaar mee bezig ben - in beeld en geluid en nu met Elfjes dus met lichtpulsen. Hierin wordt ik gefascineerd door het feit dat men in een schijnbare chaos, patronen ziet - associaties aanlegt - die meerwaarde geven aan die schijnbare chaos. Bij 'ELVES' ging het in deze om een Cluster van meerdere generatoren (de elfjes) die elk afzonderlijk met stabiele tijdsintervallen een lichtflits gaven. Samen vormen zij een cluster waarin - doordat zij niet synchroon lopen - een willekeurig patroon vormen. In deze willekeur ziet men patronen die als speels worden ervaren Dit als geheel (zo'n cluster) is de reden dat het Elfjes zijn (als zodanig zijn benoemd). |
ELVES verslag
Elfjes werden op 29 juni uitgezet. Oorspronkelijk was er het plan ze uit te zetten in diverse plantsoenen en in het Vondelpark. De begroeiing op de plantsoenen bleek dusdanig ongeschikt te zijn dat uiteindelijk het Vondelpark en het Frederiksplein overbleven. Met een groep vrijwilligers - leden van 'De Verloren zaak' - werden er op deze openingsdag 132 elfjes losgelaten. Omdat het beeld van een cluster Elfjes pas goed gestalte krijgt tegen de tijd dat de avond begint in te vallen, was het een handicap om ze op klaarlichte dag vrij te laten. Toen de avond eenmaal gevallen was kon het resultaat pas goed aanschouwd worden. Ik was diep teleur gesteld omtrent de visuele impact. De volgende dag ging ik alleen op pad om hier wat aan te doen. Op het Frederiksplein aangekomen ontdekte ik dat de meeste Elfjes reeds verdwenen waren. Dit verdwijntempo had ik niet verwacht en blij kon ik er dan ook niet mee zijn. Hoewel het uiteindelijk wel de bedoeling was dat ze zouden worden gevonden was hier naar alle waarschijnlijkheid sprake van een massale kaping door slechts enkele. Hoe naïef te denken dat het anders zou geschieden. Ik ving de overgeblevenen (wat niet eenvoudig was omdat deze zich goed schuil hielden) en toog naar het Vondelpark. Ook hier was een aanslag gepleegd op de kolonies van Elfjes. Met een speurende blik en kennerstred struinde ik de locaties af op zoek naar overgebleven Elfjes. Het was voor het aanwezige publiek blijkbaar duidelijk dat ik iets zocht. Men zag mij speuren naar iets waar zij geen weet van hadden en soms gebeurde het dat men mij ineens naar een bosje zag schieten om er iets uit te halen dat ik vervolgens zorgvuldig in mijn tas opborg. Een wolk van vraagtekens hing boven hen. Tijdens het vangen van de Elfjes werd ik verschillende malen aangeschoten door mensen die mij vroegen wat ik aan het doen was. Ik antwoorde dan dat Ik Elfjes aan het vangen was - hen in verbijstering achterlatend. Toen de avond gevallen was hergroepeerde ik de Elfjes in het Vondelpark en het Frederiksplein en kon ik direct ook zien of de clusters het beoogde resultaat gaven. Door de hitte van die dag was het tot diep in de nacht druk in het Vondelpark met als gevolg een goed publieksresultaat. De derde dag ging ik eerst naar het Vondelpark en moest constateren dat opnieuw een flinke aanslag was gepleegd op de kolonies. Op het frederiksplein waren de meeste nog aanwezig. Ik besloot om ze hier weg te halen en samen met de resterende in het Vondelpark, en de 33 die ik nog thuis had, nog maar een enkele locatie van elf elfjes te onderhouden. Eerst nam ik ze allemaal mee om ze te modificeren opdat ze een krachtiger signaal zouden uitzenden. De vierde dag ging ik 's avonds naar de uitverkoren locatie in het Vondelpark om een cluster van elf opgevoerde Elfjes los te laten. Langs het water op een plaats waar, als gevolg van het aanwezige onkruid, weinig mensen vertoefden en tegenover de plaats aan de andere kant van de vijver waar de meeste mensen zich ophielden. De Elfjes installeerde zich (inmiddels wijzer geworden) dusdanig dat ze praktisch niet te zien waren vanaf de eigen oever en overdag nagenoeg onzichtbaar waren. Eindelijk was het er. De signaalpatronen die de spelende Elfjes uitzonden hadden een verbluffende uitwerking op het publiek rond de vijver. Toen de duisternis volledig was ingevallen (op de irritante kunstverlichting van lantaarns na) had het fenomeen gestalte gekregen. In de dagen die volgden leerde de Elfjes steeds beter om zich op bepaalde plekken op de locatie maar beter niet op te houden omdat ze dan sneller zouden worden gevangen. Een week later werd de gehele cluster bruut neergemaaid met de zeis door de plantsoendienst. Het was blijkbaar tijd geworden om het oprukkende onkruid neer te slaan. Ik liet een nieuwe cluster van elf los in het resterende groen op dezelfde locatie. Deze kolonie kon niet lang stand houden als gevolg van de open plekken die nu waren ontstaan. Nadat er twee weken sinds de aanvang waren verstreken besloot ik om alleen nog maar op zaterdagen een cluster van elf los te laten. Dit zou ik nog tweemaal doen om vervolgens tot de ontdekking te komen dat het op was. Tegen een stad met zo n groot tekort aan Elfjes kon ik niet op. |
Electronic diagram of an Elf Description
Design rules
Empty batteries
Electronic Elf
|
For response, send e-mail to marcmarc@xs4all.nl
This page & contents are Copyrighted (C)1996 by Marc Marc Amsterdam |