Pasfoto - gemaakt in Moskou met een glasplaten camera

Amsterdammer in Moskou

De Nederlandse kunstenaar & ontwerper Marc Marc verhaalt in deze rubriek zijn ervaringen met Moskou sinds 1989. Hij geeft zijn persoonlijke ervaringen en kijk op het leven in Moskou.

Communicatie

December 1999

Lezing en taal
         Ik was gevraagd om eerder op die avond een lezing te geven over mijn computergrafiek voor de kinderen, begeleiders en verder eenieder die geïnteresseerd zou zijn. Er zou een projectiescherm aanwezig zijn voor de visualisatie van mijn verhaal en een tolk om mijn Engels te vertalen naar het Russisch. In de zaal had ik een dozijn werken opgehangen. Om acht uur vult de zaal zich voornamelijk met kinderen - zo tussen de 9 en 16 jaar en een paar begeleiders. Het projectiescherm werkt niet goed dus zal ik het doen met een grote computermonitor. Ik ben in een vrolijke bui en inmiddels ook in een moedig doen, want reeds een halve fles peperwodka gedronken en ik hoorde dat er geen tolk aanwezig was. Ik zal het in het Russisch zou moeten doen. 'De voorstelling moet ten alle tijden doorgaan' dus wordt het in het Russisch en ik drink me nog wat moed in.
         Ik heb slechts een klein Russisch vocabulaire en van grammaticale verbuigingen, die in het Russisch zo omvangrijk zijn dat men er moedeloos van worden kan, heb ik geen kaas gegeten - afgezien van de persoonsvormen bij de werkwoord vervoegingen in de tegenwoordig tijd. Misschien is dit wel een voordeel, want ik moet me beperken tot een simpele uitleg van iets waar ik jaren lang intensief mee bezig ben geweest en de nodige complexe vormen van programmeer problemen ken in context tot de artistieke conceptuele vraagstukken die erbij betrokken zijn. Ik ben gedwongen om ter plekke te gaan denken in mijn Russisch idioom. Dat is niet alleen een idioom van woorden, maar ook een van gevoelsstijl die vervolgens in woorden wordt vorm gegeven. Het is nu eenmaal beter om het idioom van het gevoel met het idioom van de taal in harmonie te brengen in plaats van steeds te pogen via een vertaalslag uitdrukking te geven aan wat men wil overbrengen, want daarmee zou ik onherroepelijk vastlopen door gebrek aan taalvaardigheid. De emoties overdragen - daar gaat het om. Wat beweegt - waar de inspiratie vandaan komt en welke vragen gedrevenheid doen ontstaan. Over het enthousiasme dat kleine resultaten met zich meebrengt op een terrein dat nog weinig referenten kent, dat pionieren een levenshouding is die in de kunst meestal geen rooie cent oplevert, maar wel gelukkig maken kan.
         Tijdens de lezing die vijf kwartier geduurd heeft was de zaal helemaal vol gelopen met toehoorders. Het laatste aspect over het pionieren en de prijs die ervoor betaald moet worden in zinnen van het afzien van gecontroleerd carrière maken was een spectaculaire wending in mijn verhaal. Men denkt al snel dat als een buitenlander Moskou bezoekt het moet gaan om iemand die succes heeft in de betekenis van veel geld hebben. Men hoort aan hoeveel successen ik heb geboekt in Moskou met mijn werk en vermoed niet dat ik niets anders ben als iemand die nauwelijks beschik over middelen die passen bij zo een verhaal. Men kan dit ontmoedigend of bemoedigend opvatten - al naar gelang de eigen situatie. In ieder geval heb ik gepoogd om mijn enthiousiasme over mijn zoektocht over te brengen en dat leek redelijk gelukt te zijn. De rondvraag op het einde van de lezing leverde geen vragen op totdat een tweetal professoren - die hier in hun vrije tijd les geven - het toch nodig vonden om een paar vragen te stellen, al was het maar voor de vorm.
         Na een hartelijk applaus in ontvangst genomen te hebben benaderd door de twee professoren. Of ik een lezing wil geven op hun instituut. Een instituut dat de mathematische problemen oplost voor militaire en kosmonautische vraagstukken. Ze nodigen me uit voor een seminar dat over enkele dagen aanvangt en gaat over het gebruik van mathematiek en algoritme binnen de beeldende kunst - iets wat op mijn terrein ligt. Ik voel me vereerd en zeg toe te zullen komen en vraag ze mij op de gastenlijst te zetten. We praten verder over de technische aspecten van mijn computerprogramma dat mijn grafiek genereert totdat het tijd is om deel te nemen aan het feest.

Feest
         De ronde plastic tuintafels staan langs de hele omtrek van de zaal opgesteld. In het begin van de avond is de aandacht van de gasten nog centraal gericht. Vele anekdotes gaan over en weer - er wordt veel gelachen. Als Russen iets goed kunnen dan behoort moppen tappen hier zeker prominent bij. Het zijn ook goede sprekers - duidelijk een tafeltraditie hier om de gasten toe te spreken. Onvermijdelijk ook is dat men gaat zingen. Een gitaar komt al snel te voorschijn. Er zijn altijd mensen die het kunnen bespelen en het Russisch repertoire beheersen. Iedereen zingt mee, want ze kennen hun liedjes.
         Het is half vijf in de ochtend als ik afscheid neem van het clubje waarmee we nog zijn doorgezakt nadat de gasten vetrokken waren, Alexander heeft een onuitputtelijk repertoire liedjes. Zijn Visotski imitatie gaat door merg en been - zo goed.

Seminar
In december zijn Sergeyy en ik uitgenodigd om een seminar te bezoeken in het instituut voor fysica en mathematica. Een lange reis met de metro, een tram en vervolgens een wandeling. Met bier en een hotdog lopen we door de sneeuw, die overvloedig aanwezig is, al vragend en zoekend naar ons adres. Zo'n wandeling geeft me, zo als vaak, een typisch gevoel van vrijheid en zorgeloosheid op een wijze die ik moeilijk beschrijven kan. Het doet erg denken aan beelden die ik me herinner uit oude Russische films. Juist omdat het weerselement een aanslag pleegt op het lichaam voelt het bijzonder om nonchalant met een vriend - al bier drinkend en filosoferend - over straat te lopen. Beiden berustend in wie en wat we zijn en daardoor genieten van onze gezamenlijke tocht waar niets anders telt dan in samenzijn op weg te zijn.
         We komen exact aan om drie uur - de afgesproken tijd. We moeten ons aanmelden bij de veiligheidsmensen aan de poort. We blijken niet op de lijst te staan en mogen er dus niet in. Toevallig komt even later 'mijn' professor aan. Hij maakt dat alles in orde wordt bevonden door de agenten nadat we onze namen hebben opgegeven.

Zo'n 25 mensen - een mix van wetenschappers en kunstenaars - zijn aanwezig in de zaal waar het seminar plaats zal vinden. De zaal ziet er armoedig uit, zoals het hele gebouw. Typisch Sovjet stijl, dat ten tijde van de bouw modern geweest is, maar door verloedering heden ten dagen niet meer mee mag tellen in de vaart der westerse volkeren. Mij stoort het echter niet. Ik vind het eigenlijk wel gezellig. Het oog gaat vol bewondering rond. Zoveel te zien wat stamt uit een tijd die eigenlijk voorbij is en ik alleen van foto's kende. Ik bevindt mij in een der laatste historische overblijfselen van het sovjetsysteem. Met mensen die er ook nog zo uitzien zoals men kent uit films.
         De sfeer is in eerste instantie broederlijk. Hier komt een kentering in als na de eerste lezing de mathematici tegenover de kunstenaars komen te staan en heftig discussiëren over de waarde van een mathematische benadering van het maken van kunst. Hier botsen duidelijk oude waarden met waarden die nog onvoldoende bewezen zijn, maar waar wel in geloofd word door enkele kunstenaars en vele wetenschappers die menen dat de zege over het leven zich zal voltrekken vanuit een filosofie die alles met wetenschap te maken heeft. Sommige kunstenaars worden wel heel erg emotioneel - komen in verzet alsof hun carrière op het spel staat. Ik vraag me af wanneer ze met elkaar op de vuist gaan. Wat maakt dat sommige van deze mensen zich zo bedreigd voelen door een opinie die tegen hen indruist? Wellicht begrijp ik het niet helemaal omdat ik niet de belangen ken van deze mensen. Heel even voel ik de neiging om me te mengen in de hitte van de strijd. Ik besef me op het zelfde moment dat het zinloos is - zelfs schadelijk kan zijn voor mijn eigen positie in deze wereld waar ik als vreemde buitenstaander binnen getreden ben .

Na drie uur luisteren en discussie is het tijd voor een select gezelschap om naar de catacomben van het instituut af te dalen voor een voorschotspartijtje op het nieuwjaarsfeest. Ik word met Sergey door mijn professor uitgenodigd om mee te gaan. We worden naar een werkruimte geleid waar alles nog sterker de oude tijd uit ademt. Kleine houten bureautjes met vergeelde paperassen, oude stoelen, muren die vergeeld zijn en TL buizen waarvan er een aantal continue flikkeren. Er wordt door de eega's van de wetenschappers een buffet gemaakt en iedereen haalt uit zijn bagage een of meerdere flessen drank te voorschijn.
         Ik word uitgebreid voorgesteld door mijn professor aan een aantal mathematici die geïnteresseerd luisteren naar mijn uitleg van wat ik zoal gedaan op het terrein van de computerkunst. Met enthousiasme laten ze hun computerprogramma's voor mij draaien om me te tonen dat ook zij zich bezig houden met een beeldende manifestatie van hun geesteswerk. Er is duidelijk sprake van een misverstand, want zij hebben geen enkel ontwikkeling in de beeldend-esthetische waarden om een 'output' als zodanig te beoordelen. Het blijft bij hen 'steken' in wetenschap. Daar zijn het wetenschappers voor en dus laat ik op geen enkele wijze merken dat ik het beeldend waardeloos vindt. Ik ben ook meer geïnteresseerd in hun pioniersschap dat ze met groot enthousiasme uitdragen. Zo verstrijkt de avond: van de een naar de ander gesleept te worden om ingewikkelde verhalen aan te horen die mijn concentratie om het Russisch te kunnen verstaan zwaar op de proef stellen. Ik zou me natuurlijk vereerd moeten voelen om deel te nemen aan een feestje van topmathematici en fysici: zij die tijdens de koude oorlog cruciaal waren voor de grote bedreiging en de eerste man de ruimte in te schoten, maar het voelt aan als de gewoonste zaak van de wereld. Gewoon mensen die intelligent zijn en waar een interessant gesprek mee valt te onderhouden. Hoewel ik vol bewondering en verwondering kan zijn kijk ik nooit op tegen mensen en soms denk ik dat ik een diepere 'arrogantie' bezit die maakt dat ik mij altijd als een gelijke zie. Dit komt vooral omdat het contact met hen die veel meer bereikt hebben in het leven dan ik zo ontzettend soepel gaat. En blijkbaar gezien als iemand die iets te vertellen heeft - iets waar ik zelf steeds meer aan ben gaan twijfelen.
         De vraag gaat rond of ik een gastspreker kan zijn op een seminar in Dubna (de ruimtevaartstad) waar ook het thema Kunst en Wetenschap aan de orde zal komen. Ik heb in principe toegezegd op dit voorstel onder voorwaarde dat ik dan ook een provocerende toespraak zou mogen houden over de relatie kunst en wetenschap en hoe beiden partijen menen zich bezig te houden, vanuit hun eigen vakgebied, met beiden richtingen. Of men werkelijk zal overgaan tot een uitnodiging lijkt me onwaarschijnlijk, want het is kort dag en het programma is reeds opgesteld en in druk verspreid. Desalniettemin een eer dat men het overweegt en door mij gevoeld als een symbool van geaccepteerd te zijn.


De Moskouwse projecten zijn te bezichtigen op (English and Russian): www.xs4all.nl/~marcmarc/moscow/

Reacties op deze artikelen serie kunnen gezonden worden naar: Contact