Pasfoto - gemaakt in Moskou met een glasplaten camera

Amsterdammer in Moskou

De Nederlandse kunstenaar & ontwerper Marc Marc verhaalt in deze rubriek zijn ervaringen met Moskou sinds 1989. Hij geeft zijn persoonlijke kijk op het Moskouwse leven.

Lotsbestemming?

Mei 1989

Sprookje
Soms denk ik wel eens dat het allemaal een sprookje was en dat het nog steeds gaande is. Precies zoals in een sprookje wisselen mooi en lelijk elkaar af en is er een scherpe scheiding tussen het goed en het kwaad. Althans, een scheiding zoals die in films afspeelt. Ik ervaar mijn Moskouwse avonturen niet als werkelijkheid.
         In contrast met anderen die in sprak over Moskou en over Russen blijk ik een van de weinigen te zijn die intens geniet van het verblijf aldaar zonder me al teveel te beklagen. Wellicht omdat ik uit volstrekt vrije wil er vertoef en vooral ook van drama houd.
         Raymond van den Boomgaard doet in zijn verhalenbundel "Moskou aan zee" een aantal treffende uitspraken over de Moskovieten en het Russische leven. Bij zijn vertrek schrijft hij over het gevoel van daar geweest te zijn: "Hoe komt het dan dat tegelijkertijd de nadering van het uur van vertrek mij als een catastrofe voorkomt, buiten dit land geen echt leven bestaat, alsof alles wat of ik hierna zal doen een slap afstreksel zal zijn van de ervaringen hier." ... "Wat blijft is weemoed, die op lange winteravonden nog aardig op kan spelen". Hiermee vatte hij denk ik een typisch gevoel samen van ons allen die in Moskou hebben verbleven, maar er niet meer zijn.

Ooit werd mij door een Russische TV-ploeg gevraagd wat ik het beste aan Moskou vond. Om ons heen was een sprookje gebouwd uit ijs en sneeuw. Ik was deelnemer geweest aan een IJS-sculpture concours en antwoordde bij minus 25, de hele dag in deze koude gewerkt te hebben - warm gehouden door de wodka: "Het komt mij voor dat Russen op hun best zijn als de winter zwaar is ingetreden. Lijden onder de kou en elkaar nodig hebben om warm te blijven."
         Het is dan ook altijd zeker dat ik de maanden december en januari in Moskou verblijf en hoef ik gelukkig geen last te hebben van die weemoed op lange winteravonden.
         De contradictie in het ervaren van een schoonheid onder erbarmelijke situaties'. Voor mij als westerling is het terug verlangen naar een tijd waarin niets vanzelf mag gaan zo eneverend omdat het alles overtreft wat valt mee te maken. Niet het punt waaruit men 'vertrekt' noch daar waar men 'arriveren' wil bevat bevrediging, doch wat onderweg gebeurt is interessant omdat het een intens verlangen omvat.

"Radio Rabotnik TV"
In 1984 werd mij door de Amsterdamse piratenzender "Radio Rabotnik TV" (letterlijk zo geheten in het Nederlands!) gevraagd mee te werken aan hun programma's en daarbij mijn eigen muzikale experimenten te gebruiken. Bij de programma's van deze piraat werd een sferische relatie gelegd tussen de contrasten welke bestaan tussen wat wij als typisch Amerikaanse cultuur zagen en dat wat we als Russische tegenpool hiervan beschouwden.
         Onze uitzendingen begonnen altijd met een luchtaanval sirene-geluid uit WO II, gevolgd door een fragment van de Apollo 11 count-down en vervolgens een herhaling van de beroemde aankondigings-stem van de Russische staatsradio: "Rabotnik, vsje radio stantze sovjetski sajoeze" waarin dan weer de Appolo 11 geluiden door heen werden gemixt. Dit was nog in de Koude oorlog tijd en werkte voor de meeste zeer bevreemdend en ook provocerend.
         Een zeer vermakelijke situatie onstond toen "Radio Rabotnik TV" in Frankfurt (Duitsland), op de terugweg van een Europatour, langs een Amerikaanse militaire basis reed. Bij een stoplicht waar we moesten stoppen hielden Amerikaanse soldaten de wacht voor de ingang van hun kazerne. Die wisten niet wat ze zagen. Drie rode Lada's achter elkaar met op de deuren de Russische Vijfpuntsster met in Cyrrilisch schrift daaromheen "Radio Rabotnik TV". Even leken ze te denken dat de Russen uiteindelijk dan toch waren gekomen, maar toen ze onze Nederlandse nummerborden zagen en een stel lachende gezichten besefte ze 'beetgenomen' te zijn.

Een van de hoogtepunten uit deze tijd was het samenstellen van een radio-band voor een internationaal piraten radio festival in Montreal (Canada) waar "Radio rabotnik TV" met 6 uur radio prominent in zat. Ik mixte, met het oog op het feit dat deze banden ook door de hele USA zouden reisen voor universiteits radio stations, typisch Amerikaanse en Russchische geluidsfragmenten door mijn eigen muziek.
         Hierin zaten veel fragmenten van toespraken die Russische kosmonauten hadden gehouden voor het commitee: Gagarin, de eerste vrouw in de ruimte en de historische BBC radio berichten van Gagarin als eerste man in de ruimte. Allemaal om die amerikanen een beetje te 'pesten' en te confronteren met hun onmetelijke oppervlakkigheid middels fragmenten van hun zijde hier doorheen.

Op een avond draaide ik deze radioband in de 'kantine' van het Amsterdamse NL-Centrum toen ik door een verbaasde bezoekster werd aangesproken hierover. Ze heette Julia Romanov en was een 'Russische' uit Talin (eigenlijk een Estlandse dus). Ik nodigde haar uit voor het 6 uur durende "Radio Rabotnik TV" Life radio concert dat we over een week in het NL-Centrum zouden geven. Dit was het begin van mijn eerste echte contact met iemand uit dat 'vreemde' land. Het is ook door min of meer toevallig toedoen van Julia geweest dat de kans om naar Rusland te gaan zich voordeet en mijn 'moederland' zich is gaan aandienen.
         Moederland? Een saillant detail wat ik pas veel later hoorde dat ik van mijn moeders zijde een Wit-Russische overgrootmoeder bleek te hebben.

Julia Romanov & gasten
Jaren later, kwam Julia Romanov eens per maand over uit London en had dan bij mij voor een paar dagen een logeerplaats. Ze kreeg de sleutel van mijn huis onder voorwaarde dat ze niet onverwachts gasten mee zou brengen omdat ik in alle rust wilde werken.
         Op een dag kwam ze, terwijl ik aan het werk was, binnen met een man en een jongedame. Hij was een Moskouwse kunstenaar en zij een Canadese die Russisch had gestudeerd aan de universeit. Terwijl ik hen de hand schudde en naar al die Russische woorden luisterde die ik niet verstond voelde ik dat deze man bijzonder energiek en sympathiek was. Op die Canadese werd ik zowat op slag verliefd en zij zou ook nog een belangrijke rol gaan spelen in het begin van mijn Moskouwse avonturen.
         Na een kort gesprek via Julia als vertaalster nodigde ik hen uit om voor het diner terug te komen. Ik zou voor hen koken, maar wilde nu alleen gelaten worden om door te kunnen werken.

Russische taal
Die avond, die cruciaal is geweest voor mijn Moskouws sprookje, kwamen de componiste/pianiste Julia Romanov, de Moskouwse kunstenaar Sergey Maljoetin, en de Canadese Hillary Carr voor het diner.
         Ik vermoed dat ik niet uit hoef te leggen dat het een zeer gezellige avond is geworden. Er werd veel Russisch gesproken, waar ik niets van verstond, maar dat vond ik helemaal niet erg. Ik dacht: die Russen zijn leuke mensen waar je een innig plezier mee kan hebben. Door het exotische van een niet door mij begrepen taal hoorde ik een zekere taal-warmte heen. Iets wat me roerde op een wijze die ik niet kon verklaren.


De Moskouwse projecten zijn te bezichtigen op (English and Russian): www.xs4all.nl/~marcmarc/moscow/

Reacties op deze artikelen serie kunnen gezonden worden naar: Contact