Terug naar hoofdpagina Inburgering

Marokkanen e.a. naar Zeeland

Zeeland - Noord-Afrikaanse soldaten WO II
Deltawerken & Hollands glorie

 

23 april 2005

Marc Marc is reisleider voor een gevariëerd gezelschap. Een groot deel bestaat uit Amsterdammers van Marokkaanse origine, een paar dames met een Turkse achtergrond en een paar onvervalste oer-Amsterdammers. Een mooi gezelschap dat drie generaties beslaat.

Het stadsdeel Zeeburg bij monde van Ahmed Marcouch heeft zich ingezet als initiatiefnemer i.s.m. de vereniging Kantara uit het stadsdeel de Baarjes die deze reis vorig jaar als eens had georganiseerd: zie 2004, reis naar Zeeland . Marc Marc heeft de uitvoerende organisatie op zich genomen, de fotografie en is reisleider voor de dag.

Het doel van deze reis is een bezoek aan de Franse Militaire begraafplaats in Kapelle vanwege de dodenherdenking die op til is. In Kapelle bevinden zich 19 graven van soldaten uit WO II van Marokkaanse en Algerijnse afkomst die gesneuveld zijn als het gevolg van de inval in Nederland door Hitler-Duitsland.
     Tevens wordt deze tocht naar Zeeland aangegrepen om een stukje Hollands glorie uit te leggen aan de gasten naar aanleiding van de wereldberoemde Deltawerken die Zeeland kent - ter versteviging van de binding van de deelnemers met Nederland.


Kapelle: een aantal Islamitische graven van de Marokkaanse en Algerijnse oorlogsslachtoffers.

 

Achtergrond
Op de Frans militaire begraafplaats in Kapelle (Zeeland) liggen 19 Noord-Afrikaanse soldaten. Zij zijn in Franse dienst tijdens de inval in Europa door Hitler-Duitsland omgekomen. Diverse organisaties van Amsterdamse Marokkanen hebben het initiatief genomen om met hun achterban de begraafplaats te bezoeken om eer te bewijzen aan alle gesneuvelde Noord-Afrikaanse soldaten die omgekomen zijn in de strijd tegen de Duitse bezetting.

Lees het hele achtergrond verhaal over de inzet van Noord-Afrikaanse soldaten door het Franse geallieerde leger in WO II. Zie ook de pagina op bevrijdingintercultureel over extra bijzonderheden van de Militaire begraafplaats en achtergrond informatie.

Geschiedenis in het kort
Het geallieerde deel van het Franse leger bestond ten tijden van de tweede wereld oorlog voor een substantieel deel uit soldaten afkomstig uit de Noord-Afrikaanse koloniën, te weten: Marokko, Tunesië en Algerije. In totaal hebben 233.000 soldaten van Noord-Afrikaanse afkomst in het Franse geallieerde leger gediend. Uit Marokko kwamen er ten tijde van 1942 zo'n 77.000 manschappen. Het laat zich raden dat velen zijn omgekomen in deze oorlog die miljoenen het leven heeft gekost.
     Het is echter nogal onbekend bij zowel Marokkanen en Europeanen dat er relatief zoveel soldaten van Noord-Afrikaanse afkomst gevochten hebben voor de bevrijding van Europa. Dit heeft enerzijds te maken met het feit dat Europa zich in haar geschiedschrijving vooral concentreert op haar eigen aandeel en dat de Noord-Afrikaanse kolonië in hun geschiedschrijving overheerst worden door de strijd tegen Frankrijk na WO II voor het verkrijgen van de onafhankelijkheid.

De geschiedschrijving van het aandeel van Marokkaanse soldaten in WO II zoals ik dat uit stukken heb gelezen is indrukwekkend. Het is een verzameling van heroïsche vertellingen over in het bijzonder de z.g. 'Goums' regimenten die ingezet werden door de geallieerden. Het waren Marokkanen uit het berggebied van Marokko (Atlasgebergte) die door de Franse getraind werden om, in eerste instantie, te opereren ter stabiliteit tussen de diverse Marokkaanse clans in koloniaal Marokko. Deze Goums hebben zich met overgave aan hun door Fransen opgedragen taak gekweten. In het licht van het koloniale verleden wellicht niet zo fijn voor de andere Marokkanen toentertijd maar, in het licht van hun inzet tijdens WO II van groot belang geweest voor belangrijke doorbraken in de opmars van de geallieerden.

De Goums waren dusdanig goed getraind om in bergachtig gebied te opereren met guerrilla technieken dat zij als een van de weinige eenheden in WO II in staat waren om Duitse eenheden uit te schakelen op opzienbarende wijzen. D.w.z. met relatief weinig manschappen veel schade aan de Duitse linies aan te richten en doorbraken te forceren zodat de geallieerden met al hun minder flexibele massaliteit uiteindelijk konden oprukken.

Dit verhaal heb ik in het kort verteld aan mijn Marokkaanse gasten tijdens onze trip naar Zeeland maar, dit verklaart nog niet de 19 graven van soldaten van Noord-Afrikaanse afkomst in Kapelle. Ook daar zit een verhaal aan vast. Een verhaal dat vooraf gaat aan de bezetting van Hitler-Duitsland van Europa en de geallieerde inzet.
     In Kapelle liggen geen Marokkaanse soldaten die gevochten hebben voor de bevrijding van Nederland tijdens de bezetting van de Duitsers van ons land zoals velen denken.

Wie ligt daar dan wel?
Welnu, daar doen een aantal verhalen over de ronden die elkaar niet hoeven te bijten. Een van die verhalen betreft een deel van Noord-Afrikaanse soldaten in dienst van het franse leger tijdens de inval van de Duitsers in België.

Een Marokkaanse eenheid van z.g. Spahis van het Franse leger is op verkenning in de Belgische Ardennen. Zij moesten uitvinden hoe de Duitse troepenbewegingen waren. M.a.w. waar gaat Duitsland Frankrijk binnen vallen - via België. Zij raken onverwachts in een heftige strijd waar hun wapenen niet op berekend zijn, moeten zich terugtrekken met de staart tussen de benen en grote verliezen. Later, mogen zij zich revancheren in het kader van totale verdedigingslinie van het Franse leger maar, redden dit natuurlijk niet, want de Duitse overmacht is overweldigend. Wel weten zij heldhaftig een Duitse pantser divisie een gehele dag op te houden alvorens zij gedwongen worden op de vlucht te slaan. Zij vluchten naar Engeland en tijdens deze vlucht zijn een aantal van hen in zee beland en verdronken. Een aantal hiervan zijn weken later aangespoeld in Nederland. In Zeeland om precies te zijn. Een aantal van hen liggen in Kapelle begraven.

Ook is er ten tijden van de Duitse inval spraken van heftig verzet in Zeeland waar op dat moment Franse troepen het Nederlandse leger te hulp waren gekomen. Ook onder deze franse troepenmacht bevinden zich Marokkaanse en Algerijnse soldaten waarvan een deel omgekomen is in gevecht tegen de Duitse troepen.

Wie van de soldaten die begraven liggen op de begraafplaats in Kapelle precies omgekomen zijn vanuit welk verhaal is niet geheel duidelijk maar, dat maakt ook niet zoveel uit.
     De 19 soldaten van Noord-Afrikaanse afkomst, waarvan 4 geïdentificeerde Marokkanen zijn van groot symbolisch belang in Nederland voor de Islamitische gemeenschap, waaronder Marokkanen. Het is een bewijs van de inzet van hun directe bloedverwanten (vaders en opa's) en dus hun cultuur en tevens maakt het daarmee een historisch verbond duidelijk waar wij vandaag de dag best wel eens met ons allen aan terug mogen denken als we weer eens 'lekker' op weg zijn om ons tegen elkaar uit te spelen omdat we menen dat er onverenigbare cultuurverschillen bestaan die verhinderen dat we goed in gemeenschap samen kunnen leven.


Aankomst op de begraafplaats voor de herdenking en bloemenlegging.


Groepsfoto bij het monument op de Franse militaire begraafplaats.

 

De gasten
De betrokken organisaties voor deze dag waren: het Stadsdeel Zeeburg en de vereniging Kantara.
     Bakker Travel leverde de touringcar met chauffeur voor de reisdag van 8:00 t/m 19:00. Hoewel er een touringcar was besteld voor 52 gasten, kwamen er 35 mensen opdagen. Een deel van de jongeren uit het stadsdeel Zeeburg heeft blijkbaar afgehaakt. Jammer. In tegenstelling tot vorig jaar bestond het gezelschap nu zowel uit vrouwen en mannen, jongens en meisje. Drie generaties en niet enkel Amsterdammers van Marokkaanse origine maar ook van Turkse en Nederlandse. Het was een mooi gevarieerd gezelschap dat samen die dag optrok.

De reis heen
Het weer is mooi: iets mooier als vorig jaar want een kraak heldere hemel en het beloofd later op de dag zelfs erg warm te gaan worden. Op het Mercatorplein is de groep van vereniging Kantara voorbeeldig op tijd zodat we iets vroeger dan verwacht naar het Javaplein kunnen gaan rijden om de Zeeburggroep op te gaan halen.
     Daar staat Achmed Marchouch klaar met een groep en 60 lunchpakketten. Laatkomers zijn er altijd. Het liefst zou ik er niet op willen wachten want ze hadden opgegeven gekregen dat 08:30 de vertrektijd was (dus niet de verzameltijd). Een van de Stadsdeel wethouders is er nog niet. Zij komt dik 10 minuten te laat zodat we ook dik 10 minuten te laat volgens schema vertrekken.
     Dit lijkt onbelangrijk maar, we hebben een strak schema. Iedere vertraging die we in de ochtend oplopen gaat af van de lunchtijd omdat we in de middag een afspraak hebben met een rondvaartboot die niet op ons gaat wachten.

Nadat iedereen welkom is geheten en de huishoudelijke regels zijn uitgelegd zijn we Amsterdam uit. Ik vertel mijn gasten over de achtergronden van de oorlogsslachtoffers die we in Kapelle gaan eren. Het is eigenlijk een heel verhaal dat ik poog in verkorte vorm in de essentie ervan te vertellen. Ook heeft iedereen een klein boekje op de zitplaats gekregen waarin het verhaal op ingekorte wijze wordt verhaalt opdat men het later nog eens kan nalezen.

Na twee uur te hebben gereden nemen we even een pauze bij een pompstation om uit te waaien en voor een sigaret want er zijn ook rokers onder ons. Onze vertraging is opgelopen tot 16 minuten dus wordt de pauze iets ingekort tot een kwartier.

We hebben nog anderhalf uur te reizen. We zijn al in Hoekse waard, dus al aardig in Zeeland, hoewel het officieel tot Zuid-Holland behoort. Tijd om het een en ander te gaan verhalen over ons polderland en de Deltawerken die we over zullen gaan.
     Het verhaal vangt aan met iets te verhalen over het ontstaan van Nederland en het relatief jonge bestaan van ons gebied als in cultuur gebracht door mensen die we nu Nederlanders noemen.
     Het gaat ook over de dijkdoorbraken, overstromingen en de inpoldering. Over de typisch Nederlandse bestuurscultuur: het poldermodel en verder wat ons op ons pad komt aan de hand van het uitzicht.
     Het weer is inderdaad zomers geworden als we zo door het Zeeuwse landschap rijden. We zijn het Hellegatsplein en de Grevelingendam reeds gepasseerd als we richting Zierikzee rijden en eindelijk een molen tegenkomen. Molens die zo belangrijk zijn geweest in Nederland voor de bloei in de gouden eeuw en het inpolderen.
     Bij iedere overgang die we maken over een van de Deltawerken wordt daar natuurlijk iets over vertelt. De reden van het waarom van de Deltawerken is dan al duidelijk gemaakt aan de hand van een vertelling over de watersnoodramp van 1953. Een gebeurtenis die overigens helemaal niet zo bijzonder is tegen het licht van alle voorgaande waterrampen in de voorgaande eeuwen maar, wel de aanleiding om de strijd tegen het water voor eens en altijd te beslechten in het voordeel van de bewoners van Zeeland. Deze vertellingen hebben als doel de mensen in te laten beseffen dat we in een bijzonder landje wonen met specifieke waterproblemen door de eeuwen heen. De strijd tegen het water is ook vandaag de dag een onderwerp dat ons allen aangaat.

We lopen ons tijdsverlies in en komen wonderbaarlijk genoeg exact op de geplande tijd - om 11:38 - aan bij de bloemenwinkel in Kapelle. Als ontwerper van het draaiboek ben je dan heel tevreden door zo'n 'detail'. Temeer, daar veel zaken uit het draaiboek op de tekentafel (achter de computer) met kaarten, veronderstelde metingen en via telefoongesprekken wordt ontworpen. Daar wordt niet licht over nagedacht doch, de werkelijkheid kan (soms) weerspannig zijn.

De 65 wilde witte rozen zijn eerder in de week reeds besteld en staan dus al voor ons klaar. Zij hoeven enkel afgerekend te worden. Wild zijn de rozen. Ze staan reeds een beetje open wat prachtig is en hebben nog alle bladeren en vooral de doornen. Voor wit heb ik gekozen omdat het de 'kleur' van zuiverheid is. Een Roos is een bloem van passie en liefde. De doornen - die er normaliter van af geraspt worden - staan voor het gevaar (levensbedreiging) die de mensen die we gaan eren hebben ondervonden met bekend resultaat.

Een zevental minuten eerder dan verwacht zijn we op de begraafplaats. De gasten weten inmiddels hoe gevaarlijk de Rozen zijn, dat ze er ieder een krijgen die ze naar eigen inzicht kunnen leggen en dat er ook een bos is die gezamenlijk gelegd wordt bij het monument. Bij het verstrekken van de Rozen kan ik niet vaak genoeg zeggen dat men ze voorzichtig moet aanvatten in verband met de doornen. Ik vind het een geweldig idee om die doornen te laten zitten. Het is toch een klein beetje een overdracht van de intensiteit die de mensen die we gaan eren hebben meegemaakt en dat komt over in deze symboliek.

De begraafplaats
Deze staat in de volle zon en dat is een prachtig gezicht op deze zeer goed onderhouden plek. Men loopt eerst wat nieuwsgierig rond en komt dan tot bezinning die de daar begravende eer aan doet. Het is een mooi gebaar dat hier gemaakt wordt.
     Ook bij een aantal christelijke graven worden bloemen gelegd als een teken van verbroedering waarin uiteindelijk alle mensen gelijk zijn in de dood; tot hun God zijn weder gekeerd en vrede kennen.
     Bij een eenzaam en verlaten Joods graf leg ik mijn roos te rusten die zal sterven in de avondzon en gelijk de geëerden zal treden in het hiernamaals van oorlogshelden die, als men het wel beschouwd, mensen waren zoals u en ik.

Lunchplaats
We hebben lunchpakketten bij. Lunchen doen we bij de begraafplaats. Een soort van picknick. Niks geen restaurant waar we eerst naar toe zouden moeten gaan, aanzitten, wachten op het eten, verorberen, nazitten en weer op gang komen. Allemaal tijdsverlies. Tijd die we niet hebben.
     De kratten met lunchpakketten worden op de berm aan een zijweg langs de begraafplaats gestald. De mensen gaan in eerste instantie ook plaatsnemen op deze berm. Totdat iemand een hondedrol ontdekt en op overdreven wijze de plek verdoemd. Het duurt niet lang of ik zit alleen op deze berm mijn lunch tot mij te nemen.
     Iedereen is naar het grasveld voor de ingang van de begraafplaats getrokken. Of dat mag weet ik niet maar, het ziet er knus uit. Het weer is inderdaad prachtig geworden. Een picknick als deze had niet mooier kunnen zijn.

Met het mooie weer is een picknick erg gezellig.

 

Hollands Glorie

Klaar voor vertrek voor een tocht op de Oosterschelde en bezichtiging van de stormvloedkering.

 

 
Stormvloedkering

Om twee uur komen we aan op het werkeiland Neeltje Jans. Daar wacht de rondvaartboot op ons voor een tocht over de Oosterschelde en de bezichtiging van de Stormvloedkering. We zijn wat te vroeg maar, we kunnen de boot al op en nestelen ons op het bovendek van de boot van waar we een prachtig uitzicht hebben op het water.
     Het toeven op de boot is een welkom rustpunt op deze dag voor de gasten die al het nodige achter de rug hebben. Over de deltawerken hebben ze al tijdens de heenreis het een en ander gehoord. Nu kan men een van deze werken met eigen ogen aanschouwen (i.p.v. er overheen te rijden).

Een uur lang varen wij op de Oosterschelde. Voor velen zal het de eerste keer zijn dat het wijde Zeeuwse landschap zo ervaren wordt. Duizenden kwallen komen voorbij en doet sommige gruwelen.
     Op het benedendek kan men een informatieve film aanschouwen over de strijd tegen het water, het Deltaplan en in het bijzonder, over het waarom en de bouw van de Stormvloedkering.

Tegen vier uur zitten we in de bus en vangen de rit op huis aan. Er is onderweg nog van alles te zien (we nemen een andere route dan bij de heenreis).
     Eerst krijgen we nog wat van het Zeeuwse landschap te zien en rijden we over de nodige dammen. Dan rijden we door het industriegebied van Rotterdam - iets wat ook een indrukwekkend gezicht is.
     Als we door het noord Hollands landschap met haar vele molens reizen zijn de gasten stil geworden. Het was een lange dag vol met indrukken.
     Iets over zessen stapt een groep uit op het Mercatorplein en om 18:33 de overige gasten - twee minuten voor op het schema.
     Het was een dag bezinning, gezelligheid en leerzaam. Kortom een dag om niet te vergeten.


Zicht op een walvis.


Fijn toeven in de zon.


Met alles kan je spelen.

 


  Zicht op 3 van de 62 schuiven. Zicht op het stiltegebied.
 
  Zicht op het laatste deel van de kering. Windmolens.

 

 

 

Voor reactie: Contact

Fotografie: Marc Marc, (C) 2004